Ja in Nieuw-Zeeland heeft een groepje wijnmakers zich 'turangawaewae' genoemd. Dit staat voor 'gegrond zijn' of 'een plek die je kracht geeft'. En jawel, daar ben ik in alle opzichten beland. Zowel hier in het prachtige Nieuw-Vossemeerse als in Hilversum. Ik ben gegrond. Ik ben op een plek terechtgekomen, waar ik voel dat ik kracht krijg, kracht heb, en vooral in mijn kracht sta. En op deze mooie plek in het Zuiden van het land, zo dicht bij mijn geboortegrond, heb ik net de lunchtafel gedekt in de tuin. Jawel buiten eten, het kan zomaar op 21 februari 2021.
De tuin, gisteren al mijn hortensia's teruggesnoeid en de grassen, de blauwe druifjes, de krokusjes, en de madeliefjes laten zich alweer zien. Een eerste mini narcis glimlacht je tegemoet. Ja glimlachen....en eigenlijk ben ik helemaal niet blij, want gisteren belde mijn vriendinnetje, die dit jaar al zo ongelooflijk veel pech heeft, en een nieuwe nekwervel heeft gekregen, zij heeft borstkanker, drie tumoren in haar borst. En toen ik ons telefoongesprek had afgerond, begon ik zomaar zachtjes te huilen. Weer die kanker, weer die ziekte, die al zoveel heeft verwoest. En deze vrouw, deze vriendin, daar hou ik zielsveel van. Al heel lang in mijn leven. We hebben zo ongekend veel gedeeld, gelachen en gehuild, in ons broek geplast van plezier, gefietst, gedanst, vul maar in...en nu is zij zo ziek. En als ik dan in stilte hier door mijn tuin loop, dan hoop ik, dat ik er voor haar mag zijn, zoals zij er voor mij was. Al die tijd dat ik ziek was. Intens, heftig en nog veel meer dan dat. En gelukkig dat ik nu zo 'gegrond' ben en zo sterk, want dan kan ik er goed voor haar zijn. Huilen, het heeft even geduurd, voordat ik huilde...ik huil niet zo vaak van buiten, van binnen wel. Soms om wat we met elkaar doen, of hoe we elkaar raken, door een zin, een woord, een opmerking. Is dat ouder worden, is dat meer kwetsbaar zijn, of is dat bewuster leven. Als ik een zin 'oordeel niet verwonder je' op schrijf en een collega lacht me hierom uit. Dan raakt dat me, want dit is wat we doen in het leven, elkaar veroordelen, elkaar afserveren soms. En dat is zo, waar ik niet meer voor sta of wil staan. Dus vanuit mijn kracht, ga ik het gesprek aan, en kijk ik niet meer toe. Benoem ik wat ik zie, of voel. Vanuit oprechtheid, of vanuit zorg. Omdat ik denk, dat we het met elkaar zo goed kunnen doen. Het 'naboarschap' uit Drenthe, probeer ik te vertalen naar Nieuw-Vossemeer. Hier is het ook al zo, alleen zonder veel woorden, zorg je voor de ander. Sta je gewoon klaar. Reik je elkaar de hand. En dat laatste dat zal ik doen, voor mijn vriendinnetje. Ik zal haar vasthouden, beschermen, haar tranen drogen en de mijne. Het doet pijn, het maakte dat ik gisteren heel verdrietig ging slapen. En het enorm benauwd kreeg zomaar een paar uur, ik was ziek, gewoon ziek. Ziek van de zorgen, van verdriet. En steeds weer realiseer ik me, dat ik nergens bang voor ben. Niet voor grote boze mensen, niet voor lelijke woorden, maar wel voor kanker. Kanker is mijn grootste angst in dit leven. Teveel mensen verloor ik aan deze ziekte. Zelf mocht ik het overwinnen, maar nog steeds is er ergens die angst, als ik een bultje voel, een klier, een plekje, en steeds weer ben ik opgelucht, als het niks blijkt te zijn. Dus voel ik mij die mazzelaar in het leven. Die hier straks buiten luncht, geniet van de bloemetjes die zich voorzichtig laten zien. De unieke plek in Nieuw-Vossemeer, ons Rijksmonument uit 1795 maar vooral het feit, dat we mogen leven. De beperkingen, de avondklok, die voel ik niet zo als ik hier ben. Ja een ding mis ik, eten op het terras bij het Wagenhuis. De gezelligheid, de saamhorigheid, het elkaar mogen ontmoeten. Een glas wijn zomaar ergens in Hilversum drinken, in een van die mooie horeca aangelegenheden. En gisteren las ik in de krant, dat Corona nooit meer zal verdwijnen. Het zal een soort van griep worden, waar velen last van kunnen krijgen, ieder jaar weer. Dus die griepprik, of Corona prik, die heb je nodig, jaarlijks denk ik. Maar als dan die mondkapjes weg mogen, ik je lach weer kan zien op je gezicht, of je mond die beweegt, dan ben ik nog meer gelukkig dan ik nu al ben. Maar ik heb geduld, ik zorg ervoor dat mijn tuin prachtig is deze zomer, en dan ben je welkom voor dat glas wijn, als het nog nergens zou mogen, dan is het hier. Maar diep van binnen hoop ik een feestje te mogen geven dit jaar, om alles te vieren, wat er te vieren valt. 15 jaar getrouwd, 62 jaar, al 2 jaar in Nieuw-Vossemeer, al 2 jaar bij de Uitvaartstichting, en hoe mooi zou het zijn, als ik dan mag vieren, dat Jannie er bij is. Het doet me denken aan toen zij 50 werd, en ik met mijn kale kop bij haar feestje was. En zij op een krukje klom en ging speechen en toen zij zei dat ze zo bang was geweest, dat ik haar 50e verjaardag niet meer zou kunnen meemaken, begon ik te huilen. En nu zal ik op een krukje klimmen en haar zeggen hoeveel ik van haar hou. En hoe blij ik ben, dat zij er nog is, nog bij mij, bij ons is. Mijn vriendinnetje, ik hou je vast...vanuit mijn Turangawaewae...vanuit mijn Nieuw-Vossemeerse plek, hou ik je vast, altijd...
1 opmerking:
Stil.....
Een reactie posten